Het meisje dat haar kleur kwijtraakte

Of: waarom je soms niets verliest, maar juist meer vindt

Er was eens een meisje dat één lievelingskleur had.
Altijd dezelfde.
Iedereen wist het.
Zijzelf misschien nog wel het meest.

Die kleur voelde als thuiskomen.
Als een warme hand om haar hart.
Alsof het haar eigen licht was.

Maar op een ochtend werd ze wakker
en voelde… niets.

Geen tint.
Geen voorkeur.
Geen sprankeling van herkenning.

Alsof haar lievelingskleur in de nacht was weggelopen
zonder briefje achter te laten.

Het meisje schrok.
“Heb ik mijn kleur verloren?” fluisterde ze.
En omdat niemand haar kon helpen,
besloot ze haar kleur zelf te gaan zoeken.

De zoektocht langs de kleuren

Ze volgde een regenboog die achter de heuvels verdween
en ontmoette onderweg elke kleur als een levend wezen.

Rood stond op haar te wachten.
Warm. Vurig. Druk.
“Ben jij van mij?” vroeg Rood.
Maar ze voelde alleen maar dat ze moe werd.

Oranje denderde binnen als een nieuwsgierige pup.
En al was hij vrolijk,
hij was niet de hare.

Geel straalde zo fel dat haar ogen gingen knipperen.
Prachtig, maar te veel.
Voor nu.

Groen wiegde zacht met bladeren en gras.
Lief. Helend.
Maar niet het gemis dat ze zocht.

Blauw fluisterde verhalen over rust en diepte.
Mooi, maar een beetje te stil.

Indigo keek dwars door haar heen
alsof hij wist wat ze dacht
nog vóór ze het zelf dacht.
Dat vond ze eerlijk gezegd een béétje eng.

En toen ontmoette ze…

Paars

Paars zat op een steen,
alsof hij al wist dat ze zou komen.

Hij keek haar aan zonder iets te zeggen.
En daarin gebeurde iets bijzonders:

Paars vroeg niet:
“Ben jij mijn kleur?”
maar:
“Wie was jij gisteren?
En wie zou je morgen willen zijn?”

Het meisje slikte.
“Ik weet het niet meer.”

Paars glimlachte zacht.
“Dat,” zei hij,
“is precies hoe verandering begint.”

En iets in haar hart trilde.
Niet haar oude kleur…
maar iets nieuws.
Iets dat open was.
En vrij.

De vijver aan het einde van de regenboog

De regenboog leidde haar naar een stille vijver.
Geen goud.
Geen schatkist.
Alleen water dat keek alsof het ademde.

Het meisje boog zich eroverheen
en schrok.

In het water zag ze zichzelf.
Maar elke keer dat ze knipperde,
veranderde haar kleur.

Soms rood.
Soms geel.
Soms blauw.
Soms twee tegelijk.
Soms alle zeven in één glimlach.

Ze begon te lachen.
Hardop.
Vrij.

“Mijn kleur is niet weg,” zei ze.
“Ik had er nooit maar één.”

De terugkeer

Toen ze eindelijk thuis kwam, vroegen de mensen in het dorp:

“En?
Wat is nu jouw lievelingskleur?”

Het meisje haalde haar schouders op
en voelde zich lichter dan ooit.

“Vandaag?
Paars,” zei ze.
“Morgen?
Dat zie ik morgen wel.”

En precies op dat moment
ontsprong er boven haar hoofd
een regenboog.

Niet om te kiezen.
Maar om te herinneren:

Je bent niet één kleur.
Je bént de hele regenboog.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Scroll naar boven